Deelgeschil

Het deelgeschil: vragen en antwoorden

Bij letselschadezaken wordt meestal zonder tussenkomst van de rechter de schade geregeld met de verzekeraar. Echter, soms moet de rechter “een duwtje geven”. Daarvoor is er de deelgeschilprocedure. Een aantal vragen en antwoorden over deze bijzondere procedure.

Wat is een deelgeschil?

Een deelgeschil is een snelle en vrij informele procedure voor letselschadezaken en overlijdensschade, waarin een rechter kan worden gevraagd een bepaald discussiepunt tussen partijen op te lossen. De bedoeling is dat na de rechterlijke uitspraak partijen samen de onderhandelingen kunnen voortzetten om de gehele letselschade verder in onderling overleg te regelen.

Hoe ziet een deelgeschil er uit?

De partij die het geschil aanhangig maakt, dient bij de rechtbank een verzoekschrift in, waarin het discussiepunt tussen partijen wordt uitgelegd en een oplossing wordt voorgesteld.
Daarna bepaalt de rechter een datum voor een mondelinge behandeling en mag de verwerende partij een verweerschrift indienen.

De door partijen ingediende stukken worden besproken tijdens de mondelinge behandeling. Daarna doet de rechter schriftelijk uitspraak (beschikking) waarin de knoop wordt doorgehakt.

Waarover gaat een deelgeschil?

De naam zegt het al: partijen hebben een geschil over een deel van de schade. Dit kan van alles zijn:

– de vraag of een partij aansprakelijk is of niet?;

– is er sprake van causaal verband tussen het ongeval en de (resterende) klachten?;

– is er sprake van eigen schuld van een slachtoffer voor het ontstaan van de schade of niet?;

– moet een bepaalde deskundige nu wel of niet ingeschakeld worden?;

– de uitleg van deskundigenberichten;

– moet de verzekeraar een voorschot betalen op bijvoorbeeld schadeposten zoals de buitengerechtelijke kosten?

Kortom, als het maar niet de gehele zaak is, kan een rechter de partijen vrij snel helpen om een knoop door te hakken.

Wat kost zo’n procedure?

Het bijzondere van deze procedure is dat de kosten ervan door de verzekeraar moeten worden betaald alsof het buitengerechtelijke kosten zijn, mits de aansprakelijkheid voor het ontstaan van de schade is vastgesteld.

Normaliter moet de verzekeraar alleen de buitengerechtelijke kosten vergoeden die het slachtoffer maakt. Dit zijn de kosten die hij maakt via zijn belangenbehartiger, zolang deze met de verzekeraar (in overleg) de letselschade regelt. De kosten van een gerechtelijke procedure zijn hier standaard van uitgezonderd. Voor zulke kosten is de verzekeraar niet (volledig) aansprakelijk. Het slachtoffer moet dus altijd goed afwegen of men een procedure start of niet, aangezien niet altijd alle kosten daarvan te verhalen zijn op de verzekeraar. Bij een deelgeschil geldt dus het systeem dat de verzekeraar deze kosten in beginsel wel volledig moet betalen.

Waarom is het deelgeschil nuttig?
Soms lukt het niet om in onderling overleg met een verzekeraar het eens te worden over belangrijke punten. De Gedragscode Behandeling Letselschade geeft dan aan, dat partijen in onderling overleg een derde moeten aanwijzen om hen te helpen deze knoop door te hakken. Ook dat lukt soms niet in onderling overleg, vaak omdat het een juridisch probleem is waar partijen verschillend in staan. Dan is het heel belangrijk dat een slachtoffer een mogelijkheid heeft om de rechter zo snel mogelijk om een oordeel te kunnen vragen, zodat de onderhandelingen weer kunnen worden voortgezet. Dit maakt het deelgeschil tot een nuttig en financieel voor het slachtoffer niet belastend middel om tussentijds in een moeilijk lopende letselschade voortgang te brengen.

Alleen al het gegeven dat een letselschade advocaat zo’n deelgeschil kan opstarten (op kosten van de verzekeraar), maakt al dat een geschil vaak zonder de rechter toch naar tevredenheid van het slachtoffer kan worden opgelost. En als dat dus niet in de voorfase lukt, zien wij vaak dat alleen al het indienen van zo’n processtuk er toe leidt dat de verzekeraar alsnog bakzeil haalt. Het slachtoffer heeft daardoor ook een soort “drukmiddel” om een onwillige verzekeraar te bewegen een onderling twistpunt goed op te lossen.

Wat is het verschil met een bodemprocedure en andere procedures?

In een deelgeschil gaat het eigenlijk om een snel antwoord op een voorliggende vraag. De bedoeling is dat partijen het daarna verder samen weer eens worden. In een deelgeschil kan geen bewijs worden geleverd via bijvoorbeeld getuigen of deskundigen. Dat gaat buiten het karakter van een deelgeschil om. Daarvoor moet dan een bodemprocedure, een voorlopig deskundigenbericht of een voorlopig getuigenverhoor gestart worden.

Als er een bodemprocedure moet worden gestart over het gehele probleem van de letselschade, dan gelden de kosten hiervan niet meer als buitengerechtelijke kosten (die volledig moeten worden betaald door de verzekeraar). Voordat een slachtoffer dus zo’n bodemprocedure gaat starten, is het verstandig om de voor- en nadelen hiervan goed te bespreken met een ervaren LSA-advocaat.

Waarom is dit belangrijk?

De specialisten van Lefers Advocaten hebben veel ervaring met deelgeschillen. Alleen al het gegeven dat zo’n procedure kan worden opgestart door de belangenbehartiger van een slachtoffer maakt dat een verzekeraar voorzichtiger is, omdat bij een impasse de gang naar de rechter snel gemaakt kan worden. Als u als slachtoffer een belangenbehartiger heeft die niet zelf kan procederen (bijv. een letselschadespecialist, een jurist die geen advocaat is of een medewerker van een rechtsbijstandsverzekeraar) weet de verzekeraar dat u, voordat u daadwerkelijk naar de rechter kunt gaan, eerst een advocaat zult moeten inschakelen. Kortom: wees verstandig en laat u (zonder extra meerkosten) vanaf het begin bijstaan door een ervaren letselschadeadvocaat. U zult merken, dat uw zaak beter en sneller wordt behandeld.

Vragen? Neem vrijblijvend contact op met één van de specialisten van Lefers Advocaten.